De 
              resultaten van University of Canterbury in Nieuw-Zeeland bieden 
              nieuwe gespreksstof in het verhitte academische debat over 
              negatieve effecten van bepaald speelgoed. Zo toonden Britse 
              onderzoekers al eens aan dat 5-jarige meisjes zichzelf lelijker 
              vonden na het zien van Barbie-poppen. Ook de relatie tussen 
              videogames en geweld is een populair onderzoeksthema.
              
              Tot nu toe kwam LEGO bij studies juist positief uit de bus. Zo 
              blijkt het stapelen van de stenen bij basisschoolkinderen de 
              rekenprestaties te kunnen verbeteren. Wat de toename van boos 
              kijkende poppetjes doet met kinderen, is volgens de 
              Nieuw-Zeelandse onderzoekers nog een openstaande vraag. Maar ze 
              zien in de thematiek van de Deense speelgoedmaker wel een 
              duidelijke trend: het draait steeds vaker om conflict, om goed 
              versus slecht.
              
              Goed en kwaad
              'Het is absoluut niet onze bedoeling om met ons speelgoed agressie 
              te promoten', zegt LEGO woordvoerder Roar Rude Trangbæk vanuit 
              Denemarken. 'Maar de strijd tussen goed en kwaad is nu eenmaal een 
              wezenlijk onderdeel van het rollenspel bij kinderen, vooral bij 
              jongens.'
              
              Het is bij Lego beleid om die strijd lichtvoetig te verbeelden, 
              met een nadruk op fantasie. Trangbæk: 'Legerpoppetjes en tanks 
              zullen we dus niet maken, maar wel piraten en superhelden. Ik 
              geloof trouwens niet dat de nadruk op strijd typisch is voor 
              modern speelgoed.'
              
              Dat beaamt Annemarieke Willemsen, speelgoedexpert bij het 
              Rijksmuseum van Oudheden. 'In de Middeleeuwen lieten kinderen al 
              metalen ridders tegen elkaar vechten. De poppetjes droegen een 
              lans en gleden langs een koord naar elkaar toe, wie het eerste 
              omviel, had verloren.'
              
              Ook het Speelgoedmuseum in Mechelen staat vol antieke soldaatjes 
              en poppenkasten met heksen, duivels en andere slechteriken. 
              Volgens conservator Marc Wellens gebruiken kinderen die poppen om 
              te experimenteren met emoties en om frustraties af te reageren. 
              'Dat lijkt me juist gunstig voor hun ontwikkeling. Bovendien 
              kunnen ze zo alvast spelenderwijs wennen aan het feit dat het in 
              het leven niet alleen rozengeur en maneschijn is.'
